Mevrouw G. in de spreekkamer was geen patiënte. Ze zag er keurig uit en toch niet: een te groot, beige mantelpak met enorme zweetplekken onder de oksels. Kort haar, geen Grace Jones, geen ingevlochten stukken en geen chemische styling. Ze kwam van ver en was een jaar of 28. Het ging om haar man P., maar die was er niet bij. Hij was volgens het dossier, en volgens G., regelmatig geagiteerd en gebruikte al een tijd anti-psychotische medicijnen. G. zei dat hij wel bijwerkingen kreeg: rare bewegingen. Zij kwam nu een nieuw recept voor hem halen. Ik begreep de casus nog niet en stelde vragen. De man van G. had een psychiatrisch beeld ontwikkeld, maar hoe kwam dat dan? Het zou een combinatie van drank en psychiatrie zijn; wat er het eerst was, was moeilijk uit te maken. Hij was een keer in de provincie opgenomen geweest met onthoudingsverschijnselen van de drank – in welk land speelt deze vloeibare vijand geen rol? – en was niet te motiveren om met de drank te stoppen. Het gevolg was een vloedgolf aan familieproblemen en zingen en brallen. Bovendien raakte G. maar niet zwanger, dat was nog een probleem erbij. P. gaf al zijn geld uit aan dingen buiten de deur. Nu werd hij ook nog ontslagen, omdat hij zijn werk verzuimde. Hij weigerde om nog eens naar de polikliniek te komen en ontkende dat hij ziek was. Hij zou erg trillen en we konden bij zijn afwezigheid natuurlijk niet bepalen of dat door alcoholonthouding of door zijn medicijnen of door iets anders kwam. Zijn problemen bestonden al voor het huwelijk, maar de familie had gezegd dat G. dat als intelligente vrouw wel aankon en dat zij hem de gewenste stabiliteit zou bieden, maar het werd steeds erger. Hij gooide dingen stuk en sloeg nogal eens. Moesten we uitgaan van alcoholverslaving, al dan niet met psychotische aspecten of persoonlijkheidsproblemen? Of van een psychose in welke vorm dan ook? Wat zou er gebeuren als we geen medicatie voorschreven? We gaven de eerder voorgeschreven medicatie, onder voorwaarde – met aantekening in het dossier – dat G. haar man zou blijven motiveren om naar de polikliniek te komen.

Een maand later verscheen G. met haar man P. inderdaad op de polikliniek. De familie had een bruiloftsfeest in de hoofdstad en G. had de familie gevraagd om hem gewoon naar het ziekenhuis te brengen nu hij toch al in de buurt was, omdat zijzelf niet fysiek in staat was om hem te dwingen. Ze had buiten op hem gewacht en wist hem mee te krijgen naar de spreekkamer. Op basis van de anamnese stelden we vast dat P. al lange tijd leed aan schizofrenie en daarbij soms dronk. Hij had een scala aan extra-piramidale stoornissen en kon geen moment stilzitten. We legden hem op eenvoudige wijze uit wat schizofrenie was en dat zijn bewegingsstoornissen vermoedelijk werden veroorzaakt door de medicijnen. Met zijn instemming veranderden we de antipsychotica en vroegen hem om na een week terug te komen, wat hij deed, samen met G. Hij was een stuk kalmer, trilde niet en was gemotiveerd om deze medicijnen te blijven gebruiken. We bespraken nog de mogelijkheid van een depotpreparaat, maar dat vond hij te duur. Sindsdien komt hij zelf elke maand naar de polikliniek, waar hij ook begon te vertellen over de seksuele disfunctie, waar hij al jaren aan leed en die nu wat verbeterde. Hij ging ook weer naar zijn werk en drinken was verleden tijd.

G. was geen patiënte. Toch zou je haar gunnen om eens over zichzelf te praten; over haar verlangens, haar verdriet, waarom ze met deze man is getrouwd, hoe wanhopig ze is, wie haar steunt in de thuissituatie. Wat kan en doet ze zelf, waar haalt ze haar doorzettingsvermogen vandaan? Toch raar dat ik dit allemaal niet vraag, terwijl het wel over kwaliteit van leven gaat. Laat ik me leiden door het gegeven dat uithuwelijking in Burundi soms voorkomt? Dat ik bang ben om G. te kwetsen met mijn Nederlandse gedachten over haar situatie?

Veel casuïstiek draait om de combinatie van stigma en onwetendheid, wat we willen omvormen tot gerichte behandeling en zelfvertrouwen. Dat is niet moeilijk, je moet er alleen de tijd voor nemen.

Amy Besamusca – Ekelschot (psychiater in CNPK)